20 maart 2023

GIRA reis naar Bad Marienberg

Doarpswurk participeert in het Europese GIRA-project. Door de Nederlandse organisatie ‘Learn for Life’ is Fryslân geselecteerd vanwege het hoogst aantal duurzame initiatieven in de dorpen en de efficiënte aanpak in de ondersteuning daarvan. Belangrijke doelstelling van het GIRA-project is om uitwisseling en stimulering van duurzame initiatieven op het platteland te bewerkstellingen. We waren van 23 t/m 26 februari 2023 aanwezig in Bad Marienberg.

 

De ontvangst en kennismaking was op de eerste avond in het Europahaus.
De eerste volledige dag stond in het teken van de toestand van de bossen. Beter gezegd de ongezondheid van de bossen in Rheinland Pflaz. Het schijnt dat 73% (!) van de bossen ziek zijn.

Twee oorzaken werden ons uitgelegd: de opwarming van de aarde en de monocultuur van de naaldbossen, de bossen werden vooral gebruikt voor ongecontroleerde productie en de heraanplant lukte vaak niet. Stikstofdepositie werd, voor ons merkwaardig genoeg, niet als probleem genoemd. Toen we erop gingen letten zag je inderdaad veel hellingen met afgekapte bomen en zonder herplant, waardoor het water niet vastgehouden kon worden en veel water snel afstroomde met groot overstromingsrisico (zoals in juli 2022 in het Ahrdal).

 

In Nederland wordt het vraagstuk van de ongezonde natuur soms simpel voorgesteld: de natuur kan alleen worden gered door stikstof als hèt probleem te beschouwen en de boeren zijn de oplossing. Overigens gaven de Zweden aan: “laat het vee maar bij ons komen”, ze willen daar meer verscheidenheid. Bij een presentatie van twee biologen kregen we hierover meer achtergrondinformatie, zij legden uit dat er een veelheid aan oorzaken, ook stikstofdepositie, waren voor de verslechtering maar dat de opwarming/verdroging en monocultuur in dit deel van Duitsland de hoofdoorzaken zijn.

We hebben een natuurgebied bezocht, we werden rondgeleid door twee mensen van de lokale natuurvereniging. Het was een plek waar eerder mijnbouw (bruinkool en basalt) was en nu de natuur het primaat kreeg, het leek goed hersteld. Ze lieten ons ook met gemengde gevoelens een aangrenzend zonnepanelenveld zien: een boer was verleid door een projectontwikkelaar en een straat van het dorp kreeg de bril op de neus. Wij vroegen of participatie van de dorpsgemeenschap ook besproken was, echter dat systeem kenden ze niet en het was dus ook niet besproken. Zij vonden het wel een heel interessant idee. Lokaal eigendom van duurzame energie blijkt iets te zijn waar Fryslân koploper in is.

Waar we blij door werden verrast was de vereniging Wäller Helfen een snel groeiende groep van mensen die zich het lot van de bossen heeft aangetrokken. Twee jaar terug opgericht om zoveel mogelijk loofbomen te planten op de hellingen met afgekapte bomen. Met groot succes werden acties bedacht om de bossen te herstellen, bijvoorbeeld door scholen bomen te laten kopen, maar ook geboortebossen en bossen van mensen die kwamen te overlijden. Maar liefst 46.000 (!) loofbomen zijn er zo teruggeplaatst. Een prachtig voorbeeld ook voor Fryslân wat de kracht van de vrijwilligers kan zijn.

 

Na het diner hebben we de lokale Kneipe bezocht en tot onze verrassing was het roken daar toegestaan, dat was wel even wennen maar het werkte letterlijk en figuurlijk aanstekelijk voor velen.

De andere dag stond de bus klaar te vertrekken naar Sieg, daar was een boer opgehouden met zijn bedrijf en hij stelde zijn land beschikbaar aan een door hemzelf opgerichte natuurvereniging die vervolgens probeerde de oorspronkelijke flora en fauna terug te laten komen. Het park was via entreegeld te bezichtigen. Vervolgens bezochten we een biologische boer, hij had een zeer extensieve boerderij, allemaal grasland en wist te leven van het vlees van zijn Charolais koeien. Hij was voor 98% zelfvoorzienend, hij moest alleen mineralen van buiten aantrekken. Het bleek een behoorlijk arbeidsintensieve methode, waar ook daar de supermarkten en dus de consument te weinig betaalde voor dit eerlijke vlees. Het leverde bij ons de vraag op: hoe lang hij het zo kan volhouden. Overigens is in Duitsland maar liefst 30% biologisch terwijl in Nederland dat nog maar 5% is. Voornaamste reden de veel lagere waarde van de agrarische grond in Duitsland. De maaltijden waren deze reis vegetarisch maar bij de lunch op de boerderij kregen we kop heerlijke goulashsoep met lekker Charolais vlees.

Het inhoudelijk deel van de reis werd afgesloten met een bezoek aan een zogenaamde Europaschule, leerlingen kwamen veel in aanraking met wat Europa te bieden heeft. De school werkte veel samen met het Europahaus. We hebben gesprekken in groepen gevoerd over toe te passen kansen, die van andere landen geleerd konden worden. Deze school was innovatief op het terrein van duurzaamheid, maar werd door de overheid veel geremd door bureaucratische regelingen. Alleen al het feit dat ze met drie overheden hebben te maken. Ze kennen geen lumpsum financiering. Als ze bijvoorbeeld een zonnepaneel willen bestellen gaat dat via de overheid. Gevolg is dat er geen zonnepanelen liggen, we kwamen trouwens  heel weinig zonnepanelen tegen op private of overheidsgebouwen. Ook op andere duurzaamheidsterreinen ligt Duitsland toch nog achter op Nederland, Als je rustig 110km rijdt word je regelmatig voorbijgeflitst door auto’s met 150 km en meer op de teller maar ook bijvoorbeeld laadpalen en elektrische auto’s hebben we niet veel gezien. Terwijl we op land wel meer grote windturbines hebben gezien en het schijnt dat in Duitsland op grotere schaal batterijen worden aangeschaft. Het lijkt een individuele aanpak we zijn bijvoorbeeld op dorps- of streek niveau geen energiecoöperaties tegen gekomen.

Zo was het wederom een inspirerende reis waarbij indrukken van een andere werkwijze of cultuur jezelf tot denken zet in hoeverre we nieuwe thema’s op kunnen pakken of zaken nog beter in onze eigen setting neer kunnen zetten. In grote lijnen is de problematiek van het platteland vergelijkbaar. De urbanisatie is en ook de waardering voor het platteland is een punt van zorg, je ziet in Fryslân inmiddels tekenen van een kentering. Elke regio pakt het op zijn eigen manier open daar valt veel van elkaar te leren, Een mooi voorbeeld is het allemansrecht in Zweden die de natuur daar toegankelijk maakt zodat iedereen er van kan genieten. De voorwaarde is wel dat er niks vernield of verstoord mag worden, Dit creëert bewustzijn in de maatschappij.

Wij hebben vernomen dat het leren van elkaar naar meer smaakt. Hier en daar werden tijdens deze reis ideeën besproken over een nieuwe aanvraag. Er is afgesproken bij de laatste reis van dit GIRA project bij de evaluatie ook te inventariseren naar welk eventueel vervolgproject behoefte is. Zweden heeft al aangegeven graag iets met ouderen te gaan doen en ze willen graag meer leren van de Nederlandse/Fryske ‘mienskips’ aanpak. Griekenland heeft gemeld dat bij een nieuwe aanvraag de secretariaatsrol op te willen pakken. Voor Doarpswurk is bepalend of de provincie Fryslân zekerheid geeft over de toekomst en of zij meerwaarde zien in voortzetting van een dergelijke groene Europese samenwerking, waarbij de opgedane ‘mienskips’ kennis door Doarpswurk als een Rural Academy ook “geëxporteerd” kan worden. De Nederlandse delegatie van Learn for Life heeft Doarpswurk gevraagd indien zij niet meer het Nederlandse aanspreekpunt kunnen zijn of Doarpswurk dat zou kunnen zijn. Eventueel kan de Europese tak van de Landelijke Vereniging voor Kleine Kernen hierbij betrokken worden.

Namens Doarpswurk,

Johannes Lankester, coördinator Netwerk Duurzame Dorpen
Doeke A. Fokkema, bestuursvoorzitter